Op 20 juli 2016 gooit de sleper de trossen los. Hij vertrekt met de spiksplinternieuwe woonboot van Jan Willem van den Ban en Andrea Vos van Heerenveen naar Amsterdam. Maar op de hoek van de Meinesleat bij Akkrum gebeurt er iets vreselijks: de ark maakt water en zinkt naar de bodem.
‘Al jaren droomden we van het bouwen van onze eigen woonboot. Toen we een ligplaats konden bemachtigen, werd die droom eindelijk werkelijkheid. De broer van Jan Willem is architect, en wij zijn ook allebei ontwerper, dus samen hebben we veel uren gestoken in het ontwerpen van de ark. De bouw liep goed; de samenwerking met de bouwers was heel fijn. Het is fantastisch om je eigen creatie stap voor stap werkelijkheid te zien worden.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Verwoeste vloerbedekking
‘Tijdens het financieringstraject moesten we ook meteen een verzekering afsluiten. En we hadden ook een transportverzekering nodig; dat ontdekten we vlak voor de sleep, omdat de bouwer ons vroeg of we wel bij de verzekering hadden gemeld dat de ark op transport zou gaan. Het gekke was dat dat niet op de polis stond, maar toen we een mail stuurden met die vraag, kregen we als reactie: “Dat staat inderdaad niet op polis, maar het transport is verzekerd. Het is een extra service van onze Woonbotenpolis. Jullie eigen risico gaat tijdens transport wel omhoog van 250 naar 2500 euro.” Het verhoogde eigen risico was niet af te kopen. Niet wetende wat ons te wachten stond, dachten we nog: stel nou dat er toch een golf water binnenkomt en onze vloerbedekking verwoest?
Twee uur na vertrek werden we gebeld. “Het is helemaal mis.” Wat was er gebeurd? De ark maakte water en zonk binnen no time naar de bodem. Het ging zelfs zó snel dat de slepers niet anders konden dan met man en macht de touwen doorzagen, anders werden ze met sleepboot en al meegezogen. Grote paniek, natuurlijk – bij iedereen. Met één telefoontje verandert je grootste droom in een nachtmerrie. Toch hebben we die dag niet eens gehuild. We stonden direct in de regelstand.’
Totaal geen medeleven
‘De volgende ochtend belden we meteen met onze intermediair. Omdat dat een volmachtbedrijf is, opereren zij namens een verzekeraar – in ons geval Allianz. Dat betekent dat ze zelf premies incasseren, tot een bepaald bedrag ook schadeafhandelingen regelen en daarom meer provisie ontvangen van de verzekeraar. Al wisten we dat toen allemaal nog niet; dit zijn dingen die we gaandeweg hebben geleerd.
De intermediair reageerde heel raar. Er was totaal geen medeleven, hij probeerde de zaak van zich af te schuiven, en het werd ons eigenlijk meteen duidelijk dat we aan hem niet veel zouden hebben. Hij zei dat we zelf de bouwer en sleper aansprakelijk moesten stellen, en hij wilde geen antwoord geven op onze vraag of de schade en alle kosten gedekt waren.
We waren verdrietig, lamgeslagen en boos. Daarom nam Andrea’s stiefvader de gesprekken over; hij is mediator en kon dat op een rustigere manier dan wij. Ondertussen regelden wij dat we in ons huurhuis konden blijven wonen. Verhuisberichten terugdraaien, de post organiseren, internetverbindingen… Het oorspronkelijke plan was dat we een dikke week na het slepen naar onze droomark zouden verhuizen. Nu moest diezelfde ark op last van Rijkswaterstaat zo snel mogelijk van de bodem van de vaargeul worden weggehaald.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Een ontzettend slechte film
‘Uiteindelijk werd de ark met duikers en een 42 meter lange HEBO-lift gelicht door een maritiem bergingsbedrijf. Spectaculair, zeker, maar daar hadden we geen oog voor: we waren ons nogal bewust van de schade en kosten en wisten nog steeds niet of die kosten gedekt waren. En het was op z’n zachtst gezegd een fikse klus, want de ark heeft nog een week op de bodem van de Meinesleat gelegen.
Als klap op de vuurpijl hoorden we na een week dat de verzekeraar de verzekering per direct eenzijdig had opgezegd. Hoe onze woonark uit het kanaal gehaald moest worden, was daardoor opeens óns probleem. Omdat er nog gesteggel was over waar hij heen moest en wie het zou betalen, lag hij onverzekerd, open en bloot aan de kant langs een weiland. Onvoorstelbaar; alsof je plotseling in een ontzettend slechte film terechtkomt. Je leest er weleens over in de krant, zo’n gezonken woonboot, maar nu overkwam het ons.
Op een gegeven moment zei de expert van Allianz dat de woonark verkeerd klaar was gemaakt voor transport, en dat de schade daarom volgens hen niet gedekt was. Dat is alleen nooit aangetoond, en zelfs als het wel zo was, hadden we daar verzekerd voor moeten zijn. Terwijl er in de polis niks stond over voorwaarden voor het slepen. Met de kennis van nu snappen we dat een verzekeraar daar voorwaarden aan verbindt, maar toen stonden we daar niet bij stil en dachten we dat het allemaal goed geregeld was. We waren toch niet de eersten die een woonark lieten bouwen en slepen? Bovendien hadden we het nog een keer extra nagevraagd. Op de dag dat de woonark versleept werd, hebben we gebeld en doorgegeven dat we op transport gingen. Alles was in orde, zeiden ze.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Je bungelt maar wat
‘We hebben uiteindelijk een maand moeten wachten op de definitieve afwijzing van Allianz dat de schade niet gedekt was. Al die tijd bungel je maar wat – en je hebt ook gewoon een baan, kinderen en een relatie. Alles staat onder druk; je bent hartstikke boos. Hoe kon dit waar zijn? We hadden alles geregeld, hadden alles verzekerd, hadden alles betaald… en nu werden we aan ons lot overgelaten. Iedereen wees naar een ander en we konden bij niemand terecht.
Toen zijn we op zoek gegaan naar een goede advocaat. We kwamen terecht bij verzekeringsadvocaat Agnes Koert. Zij legde ons uit hoe het écht werkt: de verzekeraar moet de schade melden en het schadebedrag reserveren. Totdat er een uitspraak is, mogen ze dat geld gebruiken om te investeren of te speculeren. Dus of ze nou wel of niet hoeven uit te keren, dat geparkeerde geld mogen ze gewoon gebruiken – en daarmee maken ze winst.
Hoe langer het duurt voordat er een uitspraak is, hoe gunstiger het natuurlijk voor de verzekeraar is. Stel, ze moeten na twee jaar alsnog betalen, dan hebben ze twee jaar winst kunnen maken met dat geld. Zelfs als ze verliezen, verdienen ze dus nog geld. Om die reden is het voor een verzekeraar altijd gunstig is om een schademelding eerst af te wijzen – dan hoeven ze nog niet te betalen. Verzekeringsmaatschappijen met winstoogmerk werken blijkbaar echt zo. En in ons geval stond de schadeteller al op 200.000 euro.’
Een regelrechte ravage
‘Omdat we uiteindelijk ook uit onze huurwoning moesten – we konden de dubbele lasten niet meer opbrengen – en er weinig zicht was op een oplossing, besloten we de ark naar Amsterdam te halen en hem zelf op te knappen. Zo konden we er toch in wonen. Het kostte 10.000 euro om hem van Friesland naar Amsterdam te halen, en hoewel het een fonkelnieuwe ark was, was het er een regelrechte ravage. Alle ramen waren kapot, de tussenmuren waren weg, de installaties waren kapot, de binnenafwerking was onherkenbaar en de vloer was bedekt met een dikke laag bagger. Het zag er afschuwelijk uit.
Gelukkig hadden vrienden intussen een crowdfundingsactie opgezet. 17.000 euro haalden ze op. Met de dubbele woonlasten, de advocaatkosten, een onbewoonbaar verklaarde woonark en de mededeling dat het verzekeringsgevecht mogelijk twee jaar kon gaan duren was dat een enorm geschenk. Zó hartverwarmend om te merken dat er wel degelijk mensen zijn die met je begaan zijn. Die op de stoep staan en eten komen brengen, en je helpen om een halve meter modder uit het casco te scheppen.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Reddingsoproep
‘In november stonden we in De Telegraaf met ons verhaal. De reactie van Allianz was: “Vervelend voor die mensen, maar de ark was niet verzekerd. Over mailverkeer waaruit zou moeten blijken dat er een transportverzekering is afgesloten, is ons niks bekend.” Gelukkig werden we na het stuk uitgenodigd door het televisieprogramma Radar. Dat was in december en bleek onze redding.
Nadat we ons hele dossier aan de specialisten van Radar hadden overhandigd, die trouwens niet begrepen dat we door de verzekering niet schadeloos werden gesteld, besloten ze er een uitzending aan te wijden. Allianz weigerde aan te schuiven, maar hun directeur werd flink belaagd na de Radar-oproep om de situatie voor kerst op te lossen. De melding op de Facebookpagina van Radar bereikte meer dan een half miljoen mensen, en ook op de Facebookpagina van de verzekeraar zelf kwamen veel reacties binnen.
De volgende dag heeft Allianz de hele zaak pas echt grondig bekeken. In een persbericht gaven ze aan dat ze bereid waren om ons te helpen, en via onze advocaat vernamen we dat ze ons tegemoet zouden komen in de schade. Ze hebben het inderdaad afgehandeld, dus we konden alle crowdfundingsdonateurs hun geld weer teruggeven, maar we hebben zelf nooit iets van ze gehoord, en ook niet van de intermediair. Geen medeleven, geen excuus, geen telefoontje of kaartje – helemaal niks.’
Tekst gaat verder onder de foto.
Vier jaar verder
‘Het is moeilijk om helder te krijgen hoe het in verzekeringsland werkt en wat er precies is gebeurd. Niks is transparant; je gaat constant van het kastje naar de muur en komt terecht in een keten van verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid met spelregels die je niet kent. Je krijgt geen persoonlijk contact, alles gaat via via en kunt je verhaal niet kwijt bij mensen die daadwerkelijk iets te zeggen hebben. De verzekeraar is gewoon te groot – je bent niet meer dan een nummer. Maar wat ons vooral boos maakte, is dat we altijd te goeder trouw hebben gehandeld en alles vooraf keurig hadden geregeld en betaald. Iedereen had dus z’n geld, maar niemand deed iets. We hebben echt geluk gehad dat Radar de zaak heeft opgepikt. Zonder Radar weten we niet hoe we geëindigd waren.
Inmiddels zijn we vier jaar verder en staat ons leven niet meer dagelijks in het teken van de gezonken woonboot. We snappen nu hoe belangrijk een goede verzekering is. Daarom vertellen we ons verhaal nu ook: je wilt een echte woonbootverzekering bij een partij die er verstand van heeft, en een intermediair die voor je in de bres springt als er eens wat is. Onze voordeur staat nog steeds bol door het water, maar daar zijn we aan gewend: als je hem een klein zetje geeft, sluit hij prima. Toch dromen we er soms nog van. Je fonkelnieuwe ark op de bodem van een vaargeul, dat blijft een nachtmerrie.’
We werken bij VLOT-verzekerd samen met onderlinge verzekeraars OBM en EOC – wat ons betreft op alle fronten de beste partners die de waterwoonwereld zich kan wensen. Beide partijen zijn zelf risicodrager en handelen ook zelf de schadeafwikkeling af. En omdat ze allebei een onderlinge verzekeraar zijn, hebben ze geen winstoogmerk. Dat maakt dat we heel graag met deze partijen samenwerken.
Met EOC en OBM hebben we in Nederland twee verzekeraars die écht weten waar ze het over hebben als het over waterwonen gaat. Toch heeft nog 70 procent van de woonboten in Nederland een polis bij een verzekeraar die níét gespecialiseerd is in waterwonen. Hoor jij daar ook bij? Laat dan een gratis polischeck uitvoeren. Want zeg nou zelf: met een kapotte fiets zou je nooit naar een autogarage gaan. Waarom zou je je woonboot dan wel bij een reguliere verzekeraar onderbrengen – met alle risico’s van dien?